door Jan van der Heijden
Afgelopen donderdag viel velen van ons het clubje op van vier eenden in de vijver waar omheen we gewerkt hebben. Overduidelijk drie wilde eenden (mannetjes), maar die vierde... een vreemde....?
Vanwege uitbundig rood in het verenkleed werd gedacht aan een smient, maar Wim kon dat meteen uitsluiten. Handig als hij is met zijn draagbare internet, bleek de felrode snavel van deze vreemde eend niet te koppelen aan een smient.
Benieuwd naar het werkelijke antwoord, nam ik vrijdag een foto van de eenden-club. In miezerige omstandigheden …. eens temeer bleek maar weer eens dat de donderdagmorgen toch écht het beste moment van de week is om in het bos te werken!
De foto is professioneel beoordeeld bij Vogelbescherming en de vierde eend blijkt een krooneend te zijn, in dit geval ook een mannetje.
Jaren geleden een vrij uitzonderlijke verschijning in Nederland, maar tegenwoordig meer en meer te zien met name in plassen-gebieden in het westen van het land (o.a. Vinkeveense Plassen).
In het verleden zijn dit soort eenden voor de sier naar Nederland gehaald en werden gehouden in particuliere sfeer. (De manderijneend is daar ook een voorbeeld van.)
En natuurlijk zijn er vroeg of laat exemplaren ontsnapt of zijn ze bewust in de natuur losgelaten toen de hobby over was..... Vogelbescherming schatte aan de hand van deze foto in, dat deze krooneend daar een voorbeeld van is. Mede vanwege het gezelschap van de drie “wilde” eenden: slechts één ervan heeft het uiterlijk van een 100% wilde eend, de andere twee zijn verbasterd, gezien het afwijkende verenkleed en de grootte. Verbastering zie je vaak in gevangenschap en overbevolkte stadsvijvers en dan houd je “soepeenden” over. Inmiddels breidt de krooneenden populatie zich uit in Nederland.
Ik sprak ook met Koen, degene die nu de boerderij bewoond. Hij bevestigde het bovenstaande verhaal. Een oom van hem hield ooit deze vier eenden in een aangelegd natuurgebiedje elders. Toen hij dat niet meer kon onderhouden, bracht hij de eenden over naar de boerderij van Koen.
En met een beetje bijvoeren... zijn ze blijven hangen.
In dit geval kan men spreken van gedomesticeerde watervogels.
Een echt “wild” leven hebben ze dus nooit gekend. Maar wat kan je ook verwachten van een pure “mannenclub”?